Reglement X: Buitenlands beleid

juni 2022 aangepast in Wet- en regelgeving




1. Algemene bepalingen

2. Verdragen

3. Interactie

4. Media


HOOFDSTUK 1 - Algemene bepalingen

Artikel 1 - Definitie
Het buitenlands beleid schrijft voor hoe militairen zich moeten gedragen in het buitenland en tegenover burgers en bedrijfspersoneel in het buitenland.

Artikel 2 - Handhaving van het reglement
De Directeur Afdeling Internationale Betrekkingen, Directeur Juridische Zaken, Commandant der Strijdkrachten of het Bestuur of bij mandaat van een van deze personen, behouden het recht om leden bevelen op te leggen over hun gedrag en voorkomen in het buitenland. Deze bevelen dienen opgevolgd te worden, indien dit niet gebeurd kan men bestraft worden conform de daartoe opgestelde strafmaat in het Reglement VII: Strafrecht.

Artikel 3 - Territorialiteitsbeginsel
Het buitenland houdt alle kamers, chatgesprekken, forums en externe communicatieplatforms anders dan die van het Ministerie van Defensie op of met betrekking tot Habbo in.

Artikel 4 - Toepassing
1. Het buitenlands beleid is van toepassing wanneer een militair zich kenbaar maakt door MinDef te representeren met uniform, badge en/of status.
2. Het buitenlands beleid is ten alle tijden van toepassing in kamers en tegenover personeelsleden van bedrijven waar MinDef diplomatieke banden mee heeft.

HOOFDSTUK 2 - Verdragen

Artikel 5 - Definitie
Verdragen zijn de formeel vastgelegde relaties en overeenkomsten tussen het Ministerie van Defensie en andere bedrijven en organisaties.

Artikel 6 - Definitie bondgenootschap
Een bondgenootschap is de hoogste vorm van samenwerking met het Ministerie van Defensie. Hierbij wordt er op verschillende fronten samengewerkt en is het met toestemming van CDS en/of bestuur toegestaan om (geheime) informatie uit te wisselen wanneer dit van belang is voor de veiligheid van het bedrijf. Er kan, in makkelijke en moeilijke tijden, een beroep op elkaars defensie gedaan worden. Wanneer het Ministerie van Defensie de hoogste SPAR heeft bereikt verwacht zij steun van haar bondgenoten.

Artikel 6bis - Basistoegang bondgenoten
1. Een bepaald aantal hoogwaardigheidsbekleders van het bedrijf krijgt toegang tot de badge 'MinDef - Bondgenoten'. Hiermee kan de basis van MinDef betreden worden en verkrijgt men dezelfde privileges als burgers met de titel Jonkheer.
2. Het bestuur, diplomaten van AIB en de hoogst aanwezige officier kunnen tijdelijk meer privileges toestaan.

Artikel 7 - Definitie samenwerkingsverdrag
Een samenwerkingsverdrag is een specifieke samenwerking tussen MinDef en een ander bedrijf op bepaalde vlakken. Met uitzondering van geheime informatie is het voor diplomaten toegestaan om afdelingsinformatie als bedoeld conform artikel 11 uit te wisselen.

Artikel 8 - Definitie NAP
Een non-agressiepact (NAP) of niet-aanvalsverdrag is een overeenkomst met een ander bedrijf, vaak een leger, om elkaar niet aan te vallen in welke zin dan ook.

Artikel 9 - Verdrag sluiten
Een verdrag kan gesloten worden door het bestuur of diplomaten van AIB met goedvinden van het bestuur. De krijgsmachtleiding dient formeel op de hoogte gebracht te worden door het bestuur of de (P)DAIB.

Artikel 10 - Verdrag breken
Het Ministerie van Defensie behoudt zich tenzij anders bepaald het recht een verdrag ten alle tijden te breken. Het bestuur of diplomaten van AIB kunnen dit doen. De krijgsmachtleiding dient formeel op de hoogte gebracht te worden door het bestuur of de (P)DAIB.

Artikel 11 - Uitwisseling informatie
1. Diplomaten kunnen vrij afdelingsinformatie met bedrijven met een bondgenootschap of samenwerkingsverdrag uitwisselen.
2. Afdelingsinformatie is informatie met betrekking tot de algemene werking van vakgebieden en departementen. Dit omvat geen persoonsgegevens.

Artikel 12 - Uitwisseling geheime informatie
1. Diplomaten kunnen met toestemming van het bestuur en de Directeur Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst geheime informatie uitwisselen met bondgenoten.
2. Geheime informatie is informatie op die manier geclassificeerd door de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst, het bestuur of de krijgsmachtleiding.

Artikel 13 - Internationale- en nationale samenwerking tussen vakgebieden/afdelingen
1. Het is mogelijk voor vakgebieden én ambtelijke departementen van het Ministerie van Defensie om samen te werken met afdelingen van een geallieerde organisatie indien dit expliciet is vermeld in de voorwaarden van een bestaande schriftelijke overeenkomst tussen het Ministerie en het betreffende bedrijf.
2. De samenwerking, desbetreffende in lid 1, is enkel mogelijk wanneer de directie van het vakgebied of ambtelijke departement een schriftelijke aanvraag indient bij de Directeur Afdeling Internationale Betrekkingen en deze schriftelijk goedgekeurd is. De Directeur Afdeling Internationale Betrekkingen behoudt het recht om de samenwerking per direct stop te zetten indien hij/zij dit noodzakelijk acht óf wanneer de interne wet- en regelgeving van het Ministerie niet gehonoreerd wordt.

HOOFDSTUK 3 - Interactie

Artikel 14 - Interactie met burgers
Burgers, alle Habbo's niet aangesloten bij het Ministerie van Defensie als militair, moeten respectvol en conform de habboregels behandeld worden.

Artikel 15 - Interactie met neutraal bedrijfspersoneel
Neutrale bedrijfspersoneelsleden zijn leden van een ander bedrijf waar het Ministerie van Defensie geen geallieerde of vijandelijke diplomatieke relatie mee heeft. Neutraal personeel kan de publieke kamers van het Ministerie van Defensie bezoeken en moet respectvol en conform de habboregels behandeld worden zoals elke andere burger. Er mag geen werk aangeboden worden tenzij men hier zelf om verzoekt op voorwaarde dat men het huidige bedrijf verlaat.

Artikel 16 - Interactie met geallieerd bedrijfspersoneel
1. Geallieerde bedrijfspersoneelsleden zijn leden van een ander bedrijf waar het Ministerie van Defensie een bondgenootschap, samenwerkingsverdrag of NAP mee heeft. Geallieerd personeel kan de publieke kamers van het Ministerie van Defensie bezoeken en moet respectvol en conform de habboregels behandeld worden zoals onze eigen leden. Er mag geen werk aangeboden worden tenzij men hier zelf om verzoekt op voorwaarde dat men het huidige bedrijf verlaat.
2. Geallieerde bedrijfspersoneelsleden die militair en officier zijn moeten afhankelijk van hun geslacht aangesproken worden met meneer/mevrouw of de anderstalige equivalent.

Artikel 17 - Interactie met vijandelijk bedrijfspersoneel
1. Vijandelijke bedrijfspersoneelsleden zijn leden van een ander bedrijf waar het Ministerie van Defensie mee in oorlogsstaat verkeert. Hoe dit personeel behandeld wordt verschilt per organisatie en zal per schriftelijk bevel medegedeeld worden door het bestuur en/of de Commandant der Strijdkrachten.
2. Het bestuur of de Commandant der Strijdkrachten kunnen toestemming geven voor een uitzondering op deze regel.

Artikel 18 - Diplomatiek contact
Enkel diplomaten van de Afdeling Internationale Betrekkingen, het bestuur en de Commandant der Strijdkrachten kunnen diplomatiek en dus officieel contact namens het Ministerie van Defensie met een ander bedrijf of andere organisatie hebben.

Artikel 19 - Openbare kritiekuiting fora
Het openbaar uiten van kritiek op habbogerelateerde fora op een bedrijf waar het Ministerie van Defensie een bondgenootschap, samenwerkingsverdrag of NAP mee heeft is niet toegestaan.

Artikel 20 - Gedrag buitenlands bedrijfpersoneel
MinDef verwacht dat buitenlands bedrijfspersoneel waarvan de bedrijven een bondgenootschap, samenwerkingsverdrag of NAP met ons onderhouden zich gedraagt conform de habbo- en kamerregels beschreven in reglement II en de regels beschreven in het specifieke verdrag gesloten tussen MinDef en het buitenlandse bedrijf.

Artikel 20bis - Gedrag buitenlands bedrijfpersoneel
MinDef acht het de verantwoordelijkheid van bedrijven waarmee we een bondgenootschap, samenwerkingsverdrag of NAP onderhouden leden die de regels op ons grondgebied breken terug te roepen en gepast te sanctioneren.

Artikel 21 - Gedrag in het buitenland
1. Personen, verbonden aan MinDef, mogen geen bondgenoten, leden van MinDef of MinDef zelf in een slecht daglicht plaatsen in het buitenland en dienen zich ten alle tijden respectvol en conform de Habboregels te gedragen.
2. Men dient zich aan de regels, conform het opgestelde verdrag, te houden. Zodra deze regels verbroken worden, kan de Directeur Juridische Zaken, het Bestuur, de Commandant der Strijdkrachten of de Commandant der Koninklijke Marechaussee het lid gepast sanctioneren conform de daartoe opgestelde strafmaat in het Reglement VII: Strafrecht.

HOOFDSTUK 4 - Media

Artikel 22 - Officiële verklaringen
1. Officiële verklaringen kunnen enkel door AIB en het bestuur gegeven worden.
2. Wanneer media als nieuwsbladen om een officiële verklaring van het Ministerie van Defensie vragen, moeten ze doorverwezen worden naar AIB.
3. AIB dient het geven van officiële verklaringen gepast te communiceren met het bestuur.

Artikel 23 - Vertegenwoordiging sociale media
Leden die het Ministerie van Defensie willen promoten of vertegenwoordigen moeten hiervoor een formele aanvraag indienen per forumbericht bij de Minister van Defensie en Directeur Juridische Zaken.

Artikel 24 - Professioneel account
Leden die het Ministerie van Defensie promoten of vertegenwoordigen op sociale media moeten hiervoor een professioneel account gebruiken en dus een account dat gescheiden is van hun persoonlijke real life account.

Artikel 25 - Platformregels volgen
Leden die deelnemen aan media als fansiteforums of sociale media en het Ministerie van Defensie representeren door badge, missie en/of status dienen zich aan de regels van het platform te houden.




Zoals aangepast en ondertekent door:

MissesxHabbo, Plaatsvervangend Directeur Juridische Zaken
« Laatst bewerkt op: door Ambt. Tom_Aet »

Deze discussie is gesloten.